Dit weekend eindigt de eerste World Cup van het jaar die gespeeld wordt in Bourges. In 2023 was er ook al een World Cup nabij Parijs en daarmee laat de Franse bond zich weer wat meer op het internationale damtoneel gelden. Op het bord komt het de laatste decennia van internationaal grootmeester Arnaud Cordier (50) – de jongere Kévin Machtelinck (30) is ook sterk, maar heeft de grootmeestertitel nog niet behaald. Het is wachten op een nieuw jeugdig talent.
Spelen in Frankrijk geeft voor mij altijd een gevoel van thuiskomen (à la football is coming home), de naam de werelddambond (Fédération Mondiale du Jeu de Dames) is immers nog steeds Frans. Aan het eind van de 19e eeuw werden de eerste internationale wedstrijden – die daarmee golden als wereldkampioenschappen - in Frankrijk georganiseerd. De winnaars daarvan klinken nog steeds door in de huidige damterminologie: offer van Dussaut, positie Barteling, coup Raphaël, Molimard-opening en het zetje van Weiss.
Over die laatste wil ik het graag even hebben: dit typezetje, vernoemd naar Isidore Weiss (zevenmaal wereldkampioen tussen 1899 en 1911), is een combinatie die je als dammer in je eerste lessen leert samen met de Haarlemmer zet en de coup Philippe. Eigenlijk doet dat geen recht aan de speler én problemist die Isidore Weiss was: hij was een combinatieve speler en er staan vele composities op zijn naam. Bondscoach Rik Keurentjes gebruikte deze bronnen in aanloop naar het toernooi in Bourges om de Nederlandse selectie op scherp te zetten. De ‘zetjes van Weiss’ zijn mooie composities met ideeën die nu nog steeds origineel zijn; de enige kanttekening is dat de uitwerking ervan niet altijd de tand des tijds doorstaat, met bijoplossingen hier en daar. Drie voorbeelden uit zijn boekje Positions Nouvelles uit 1936.