Variant 3.2 Sijbrands - Beeke
Daarom doet zwart er het beste aan 30.40-34 met
a) 31...23x32 32.34-29! 25x23 33.33-28 22x33 34.38x9 32-37* 35.31x11 37x48.
b) 31...24x35 32.33-29 22x24 33.31x11 12-17 34.11x22 24-29* (34...24-30? 35.38-33! 19-24 36.43-38! +) 35.44-40 35x33 36.26-21 29x40 37.38x9.
Maar helaas: de computer bezweert mij dat wit aan beide afwikkelingen, hoe gevaarlijk die er voor zwart ook mogen uitzien, onvoldoende voordeel overhoudt om te winnen. Dat wil zeggen: in variant “a” mag hij misschien nog een flauwe hoop koesteren op een (zeer) verre winst in het dammeneindspel na 36.9-3 24-29 37.11-6 29-34 38.39x30 48x25 39.6-1 19-24 40.1x20 15x24 41.3x12/21. Absoluut zeker is echter dat zwart in variant “b“ met remise ontsnapt door in de stand na 37.38x9 niet met 37...40-44? (38.43-39! 44x33 39.9-3!), noch met 37...8-13?? (38.45x34! 13x4 39.21-16/17 +) maar met 37...5-10!! 38.45x34 10-14! 39.9x20 15x24 te vervolgen.
[Klik hier om naar variant 3.3 Sijbrands-Beeke 1963 (30. 42-37) te gaan.]
(Taal)fout gezien? Mail naar [email protected].